U bevindt zich hier: Startpagina > duitsland-nederland

duitsland-nederland

De Nederlands-Duitse grens bestaat uit twee reeksen. De eerste reeks begint bij Vaals met het nummer 193 en gaat tot aan Overdinkel met het nummer 862. Nummer 1 van die grens ligt in Schengen ( Luxemburg ); was in 1815 onderdeel van de Nederlanden. Hierdoor werd de grens bepaald tussen de Nederlanden en het Koninkrijk Pruisen. De tweede reeks begint bij Overdinkel met het nummer 1 en gaat helemaal in het noorden tot aan Nieuwe Statenzijl met het nummer 203. Hierdoor werd de grens bepaald tussen de Nederlanden en het Koninkrijk Hannover. Vóór 1815 bestond wat wij nu Duitsland noemen uit allerlei relatief kleine autonome gebieden. Na 1815 zijn het vooral Hannover en Pruisen die die gebieden opgelokt hebben. In 1815 werd daarom enkel de grens bepaald tussen de Nederlanden met deze twee koninkrijken. Dit werd zo op de conferentietafel van de Europese mogendheden bepaald na de val van Napoleon in 1815. De grenspalen tussen de Nederlanden en Pruisen dateren van 1818, die tussen de Nederlanden en Hannover van 1824

 

 

 

Grens met Duitsland

De grens met Duitsland bestaat al langer dan Duitsland zelf. De grensstenen tussen Nederland en de huidige deelstaat Noordrijn-Westfalen markeren de grens met het voormalige Pruisen. Een aantal Pruisische gebieden werden tijdens het Congres van Wenen in 1815 aan Nederland toegewezen. Daarbij gaat het om Zevenaar, Duiven en Wehl in de streek de Liemers en in de Over-Betuwe Huissen met haar buurtschap Malburgen. Verder het latere Arnhemse industrie terrein de Kleefse Waard, in de buurt van Millingen aan de Rijn de plaatsen Leuth en Kekerdom en aan de andere kant van de Waal bij Gendt het buurtschap Hulhuizen. Deze gebieden werden op 1 juni 1816 bij Nederland gevoegd, de plaatsen Lobith en Spijk volgde enige maanden later omdat zij tijdens de onderhandelingen met Pruisen waren vergeten. Nederland heeft voor het verkrijgen van deze gebieden ook grondgebied aan Pruisen moeten afstaan. Vanuit Emmerik werd de grens opgeschoven in de richting van 's Heerenberg tot aan de beek De Wild. Ook Schenkenschanz met haar voormalige fort werd aan Pruisen afgestaan.

Tussen Nederland en de huidige deelstaat Nedersaksen markeren grensstenen de grens tussen Nederland en het voormalige Koninkrijk Hannover. Na het Congres van Wenen vond een grensafbakening plaats tussen de nieuwe provincie Limburg en Pruisen. Deze werd bepaald door middel van een kanon. Dit was om te voorkomen dat vanaf Pruisen schepen op de Maas geraakt konden worden. Deze grens heet nu in Duitsland nog de "Kanonenschutzlinie". Een bijzonder geval was de Neutraleweg nabij Gennep, die jarenlang een condominium van Nederland en Duitsland was.

Na de Tweede Wereldoorlog vonden er grenswijzigingen met Duitsland plaats toen Nederland op 23 april 1949 een aantal Duitse plaatsen annexeerde. Op 1 augustus 1963 werd veruit het grootste deel van die annexatie ongedaan gemaakt met uitzondering van 125 hectare (ruim 1 vierkante kilometer) grondgebied met daarop de Duivelsberg dat bij de Duitse plaats Wyler heeft gehoord.

Op 20 februari 1969 legde het Internationaal Gerechtshof de grens vast tussen het continentaal plateau van Nederland en Duitsland in de Noordzee.

Nederland verschilt met Duitsland van mening over de loop van de zeegrens door de Eems vanaf de Dollard. Volgens de Nederlandse opvatting loopt die grens vanaf Nieuwe Statenzijl recht naar de Eems om daar het midden van de stroom te volgen. De grens snijdt hierbij de Geisedam, een leidam van de Eems. Volgens de Duitse opvatting is het Nederlandse deel kleiner en volgt de grens in de Eems de laagwaterlijn aan de Nederlandse kant, zodat de zandbanken Paap en Hond Duits zouden zijn. Ook liggen naar Duitse opvatting kleine delen van de havenpieren van Delfzijl eigenlijk in Duitsland. Duitsland beroept zich op een leenbrief uit 1464, waarin de graaf van Oost-Friesland van de Duitse keizer de hoogheid over zijn land verkrijgt 'von der Westeremse osterwards' (dus inbegrepen de Eems). Die hoogheid is volgens Nederland in de Franse tijd - na de inlijving van beide gebieden bij Frankrijk - vervallen. De grens zou volgens internationaal recht in het midden van de vaargeul moeten liggen. De Bondsrepubliek is van mening dat het betwist gebied rechtmatig is verkregen en vervolgens in ongestoord langdurig bezit is gebleven. Er is derhalve geen reden tot wijziging van de situatie.

Een Eems-Dollardverdrag (1960) is nu de basis voor een aantal samenwerkingsovereenkomsten. Het verschil in opvatting heeft al een paar maal tot problemen geleid, onder andere over de verdeling van de baten van de gaswinning in dit gebied, en de regelgeving met betrekking tot de mosselvisserij in het gebied van de Paap en de Hond. Over het algemeen is er echter sprake van een gemeenschappelijk beheer. Vertegenwoordigers van Rijkswaterstaat en het Duitse equivalent regelen daarin het uitbaggeren van de vaargeul, de markering van de vaarweg en andere zaken de scheepvaart betreffende. In 1996 kwam daarbij een regeling van de natuurstatus van het gebied in het zogenaamde milieuprotocol.

Tijdens de Eerste Wereldoorlog heeft Nederland overigens afgezien van de controle over het Nederlandse deel van de Eems uit angst voor een oorlogsverklaring door Duitsland. Zelfs heeft Duitsland de Eemsmonding van mijnen voorzien. Engeland heeft de Nederlandse regering op deze houding nooit aangesproken. Na de Tweede Wereldoorlog is de grens met Duitsland hier en daar ten gunste van Nederland aangepast (zie Grensannexaties). Nederland is daarbij vergeten het geschil rond de Eems te beslechten.

In 2012 heeft de Duitse interpretatie van het grensverloop ook betrekking op het windmolenpark Riffgat op 15 km. ten noorden van Rottumeroog, dat naar de mening van Nederland voor een deel is gelegen binnen de Nederlandse Exclusief Economische Zone (die reikt tot 200 zeemijlen of plm. 370 km. uit de laagwaterlijn).

 

 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 

duitsland-nederland

limburg gelderland overijssel drente groningen

Algemeen